Knoopbitslijper BTHH500

De luchtslijpmachines vereisen een schone en droge luchttoevoer van minimaal 60 psi en 29 cfm, die door een in-line oliespuit stroomt om de slijpmachine van smering te voorzien.Ook is er een watertoevoer uit het elektriciteitsnet of een put nodig om tijdens het maalproces als koelmiddel te fungeren.Er is ook een volledige back-upservice voor reserveonderdelen beschikbaar.Verkrijgbaar met keuze uit halfronde, ballistische semi-ballistische, paraboloïde of conische pinnen, in de maten 6 mm tot 25 mm. Er is ook een volledige back-upservice voor reserveonderdelen beschikbaar.

Pneumatische halfautomatische knoopbitslijpmachineBTHH-500
Rotatiesnelheid	20000 tpm
Motorkracht	1,5 kW
Werk druk	5-7 bar (100 psi)
Luchtverbruik	2,2 m3/min (50ft3/min)
Max.waterdruk	4 bar (60 psi)
Diameter luchtslang	19 mm
Diameter waterslang	6 mm
Gewicht excl.verpakking	120 kg
Gewicht incl.verpakking	130 kg
Geluidsniveau	92 dB(A)

Veiligheidsvoorschriften

De installatie, het onderhoud en het gebruik van de machine zijn voorbehouden aan gespecialiseerd personeel.

Voordat u enige reinigings- of onderhoudsinterventie uitvoert, dient u te verifiëren dat u de stroomtoevoer hebt uitgeschakeld.

Verwijder niet de vaste beschermingen van de machine die de mobiele elementen beschermen.

Steek uw handen niet in de delen waar gevaar voor beknelling en/of beknelling bestaat.

De operator moet bij de bedieningsgroep blijven, in de meest afgelegen en beschermde positie.

Om de werkzaamheden uit te voeren en te controleren, moet de operator zich altijd achter de bedieningsgroep positioneren.

De bediening van de machine of een deel ervan moet worden uitgevoerd terwijl de machine inactief is en de stroomtoevoer is afgesloten, door gespecialiseerd personeel met het juiste gereedschap.

Als het nodig is om de machineonderdelen te vervangen, gebruik dan uitsluitend originele reserveonderdelen.

 

PREVENTIEMAATREGELEN EN INSTRUSTIES VOOR MACHINESBEDIENERS

VOOR GEBRUIK:

Controleer of de machine stabiel staat en of de molen correct en stevig op de machine is gemonteerd.

Controleer de integriteit van de beschermingen die bewegende onderdelen beschermen.

 

TIJDENS GEBRUIK:

Meld ongepast functioneren of gevaarlijke situaties onmiddellijk;

De positie van de operator moet zo zijn dat hij niet in contact komt met de bewegende delen;

Verwijder of wijzig geen beveiligingsvoorzieningen;

Tijdens het functioneren van de machine mag u niet ingrijpen op mobiele delen;

Laat je niet afleiden.

 

NA GEBRUIK:

Positioneer de machine correct zonder het gereedschap te laten hangen;

Voer de controle- en onderhoudswerkzaamheden uit die nodig zijn om de machine opnieuw te gebruiken terwijl de stroomtoevoer is uitgeschakeld;

Houd u bij de onderhoudswerkzaamheden aan de aanwijzingen in deze handleiding;

Maak de machine schoon.